Er zijn meerdere factoren die van invloed zijn op de berekening van overlijdensschade, waaronder:
- de leeftijd van de overledene
- het inkomen
- de financiële afhankelijkheid van nabestaanden
- en toekomstige inflatie.
Gederfd levensonderhoud in geld of in natura
Soms kan het gebeuren dat de persoon die het gezin onderhield overlijdt, waardoor het gezin financieel in de problemen komt. Dit noemen we gederfd levensonderhoud in geld. Maar er zijn ook andere situaties waarin dit kan voorkomen. Het kan ook zijn dat de overledene bijvoorbeeld hielp met het huishouden, en na zijn of haar overlijden moet er dan huishoudelijke hulp worden ingeschakeld. In dat geval moet de partij die verantwoordelijk is voor het ongeval een vergoeding betalen voor de hulp die wegvalt door het overlijden.
Uitvaartkosten
Dan zijn er nog de kosten van de uitvaart. Alle kosten voor de begrafenis of crematie moeten door de verantwoordelijke partij worden vergoed. Maar hierbij moet wel rekening worden gehouden met de leefsituatie van de overledene.
Als de overledene een uitvaartverzekering had, dan wordt het bedrag dat daaruit wordt uitgekeerd afgetrokken van de schadevergoeding. U kunt immers niet twee keer dezelfde schade vergoed krijgen.
Affectieschade
Na het overlijden van een dierbare kunt u ook recht hebben op affectieschade. Dat is de emotionele pijn die iemand lijdt door het overlijden van een geliefde als gevolg van een ongeval. Deze vorm van schade wordt affectieschade genoemd.
En het geldt niet alleen bij overlijden, maar ook bij ernstig letsel kan er recht zijn op vergoeding van affectieschade.
Er zijn specifieke groepen mensen die aanspraak kunnen maken op deze vergoeding, zoals ouders, partners en zorgrelaties in gezinsverband. En de bedragen die worden uitgekeerd variëren tussen de €12.500 en €20.000, afhankelijk van de relatie met het slachtoffer.